Lt.-kolonel dr. Ine Voorham, 6 augustus 2017

Psalm 62

Rusteloos zijn, door welke oorzaak dan ook, is vervelend. Het brengt je uit je evenwicht. We hebben misschien allemaal zo onze eigen maniertjes om weer rustig te worden. Even afstand nemen van de sleur van alledag, een rustdag nemen, kan erg goed helpen. Op vakantie gaan is ook een goede gelegenheid om tot rust te komen. Het hangt er misschien wel een beetje van af waar je je vakantie doorbrengt. Met een stedentrip zal je minder toekomen aan rust, dan op een natuurcamping. Er zijn nog plaatsen in de natuur waar je de stilte kunt horen. Je moet daar meestal wel wat moeite voor doen. Ver weg van wegen met gemotoriseerd verkeer en geen intercontinentale vliegroutes boven je hoofd. Dan kun je de stilte horen. Maar wat hoor je dan? – Het is een belevenis, een ervaring die zich moeilijk in woorden laat vangen. We spreken niet voor niets over serene rust. Een gemoedstoestand waarin ons zijn, ons denken helder en kalm is. Ongestoord kalm zonder vertroebeling en zonder verstoring. Als het zo stil is kun je luisteren naar de stem van je hart. Kun je luisteren naar Gods stem. Ook vanmorgen in Gods huis willen we stil zijn en luisteren naar Gods stem.

We hebben Psalm 62 gelezen. Met daarin de boodschap dat God voor ons allemaal een helper wil zijn.  Een taak, een rol die God op unieke wijze vervult. God maakt het ook mogelijk dat wij dat op onze eigen wijze kunnen ervaren. Onze eigen wijze wordt  beïnvloed door hoe ons leven loopt. Door wat wij aan zegeningen en tegenslagen in het leven te verwerken hebben gekregen. God geeft zorg en aandacht op maat, passend bij onze persoonlijkheid én onze persoonlijke omstandigheden. Hij geeft unieke aandacht. Passende ondersteuning voor het leven van alledag. En daarbij is en blijft God de alles omvattende kracht, de universele God.

Van de mens, u en mij, wordt ook iets verwacht. Een speciale houding, speciale instelling gericht op God. De houding van ons hart, waarbij hart de levensader is. God vraagt van ons, ons ik in de juiste richting te plaatsen. Gods kant op zodat we op één rechte lijn komen te staan met God. Dat is niet eenvoudig maar Gods Geest helpt ons daarmee iedere dag opnieuw.

De Psalmist heeft het over je hart keren naar God. Het is onmogelijk om twee kanten tegelijk op te kijken. Je hart wenden, keren naar God houdt automatisch in je afkeren van wat opgeld doet in de wereld. Afkeren van al het andere dat niet van God is. Helaas is er veel in deze wereld niet van God. We worden er op allerlei manieren dagelijks mee overstroomd. De informatieprikkels zijn zo veel en vaak zo verwarrend dat we slecht onderscheid kunnen maken welke daarvan passen in Gods wereld en welke uit een andere hoek komen. We zijn ons er misschien onvoldoende van bewust wat ons allemaal van God kan afhouden. En hoe gemakkelijk dat gaat. Op dit moment  keren we ons bewust naar God.

De Psalmist omschrijft zijn relatie met God in het beeld van een rots, een burcht. God is werkelijk mijn rots, mijn bevrijding, mijn burcht, mijn bescherming. De begrippen rots en burcht verwijzen naar een vesting. Naar beschutting zoals een sterke muur, die weerstand biedt tegen de aanval, tegen het kwade. Tegen al hetgeen ons levensgeluk kan bedreigen. We weten uit ervaring dat dat heel wat kan zijn. Gods aanwezigheid kan omschreven worden als een bonk graniet. Uit één stuk, versterkt en verstevigd. Of als een ommuurde, onneembare vesting.

Deze zekerheden hebben als effect: niets krijgt mij uit mijn balans, uit mijn evenwicht. Bij evenwicht denk je al snel aan zo’n ouderwetse bascule – weegschaal. Dan is evenwicht de toestand waarbij het gewicht aan beide zijden in balans is. Zodat de beide schalen in rust zijn.

Welke invloeden zijn er op de balans van ons leven? Misschien nog beter de vraag te stellen: waar geven wij gewicht aan? Wat vinden wij gewichtig?

Uit ervaringen met het leven van alledag weten we dat er van alles kan zijn dat ons uit ons evenwicht kan brengen. Dan zijn we ons rustpunt kwijt. Het kan onrecht zijn, geweld, ziekte, tegenslag, onmacht, vul het maar in. Als we vers 3 van Psalm 62 lezen, ‘nooit zal ik wankelen’ komt al snel de vraag in je op: zou de schrijver van deze psalm het leven zo slecht kennen? Zijn zekerheid herhaalt de psalmist nog eens in vers 7 ‘ik zal niet wankelen’. Je kunt je afvragen of de schrijver van deze psalm niet weet wat onrust teweeg kan brengen.

Helaas zijn er veel invloeden in het leven die disharmonie kunnen brengen. Die ons rustpunt verstoren. Ons uit ons evenwicht halen. We hebben daar allemaal onze ervaringen mee. We hebben ook allemaal onze oplossingen om staande te blijven. In de Bijbel vinden we ook talloze voorbeelden van mensen in vaak moeilijke, gecompliceerde omstandigheden, die trachten op eigen kracht hun rustpunt te behouden. Er alles aan doen om in evenwicht te blijven. Daarbij kunnen ze lijken op een soort koorddanser die wiebelend en zwaaiend met een lange stok probeert staande te blijven. De balans kan daardoor een soort pendel worden. Heen en weer, op en neer met al dan niet grote uitslagen. Wij spreken niet voor niets over ‘ik word in mijn gevoel, mijn denken, mijn geloofsvertrouwen heen en weer geslingerd’.

We blijven wel staan maar we schipperen met het rustpunt. Het middelpunt, het zuivere midden dreigt daarbij te verschuiven. We leven soms een leven van een beetje voor God en een beetje voor onszelf. Een beetje inzet van onze talenten voor Gods zaak en een beetje voor ons eigen plezier. Het is ook lastig om de goede maat te weten. Vanuit onszelf kennen wij die maat niet. Ons weten schiet daarbij te kort. Gelukkig wil Gods Geest ons gevoel voor de juiste maat, ons maatgevoel beïnvloeden en de goede richting uit sturen. Daarbij komt dat God met andere maten meet dan wijzelf en onze omgeving dat doet.

Bij het lezen van een aantal herhalingen in deze psalm kun je de indruk krijgen dat het is  alsof je het niet vaak genoeg kunt horen. Het  niet vaak genoeg kunt zeggen: vertrouw op Hem, alle kracht komt van God. Ook hier geldt: de kracht ligt in de herhaling!

Verschillende krachten beïnvloeden de schalen van de balans van ons leven. Van ons levensgeluk. De ene schaal gevuld met geluk en voorspoed. De andere schaal gevuld met tegenslagen, verdriet en teleurstelling. Gods invloed richt zich niet op de twee uiteinden van de weegschaal, de twee schalen. Gods bemoeienis richt zich op het rustpunt, het middelpunt. Het aangrijpingspunt, het punt waar beide uiteinden houvast en steun in vinden.

God kennen en op Hem vertrouwen, het weten ‘God is mijn God’ vrijwaart niemand van tegenslag, verdriet, onrecht, ziekte of onheil. Ze komen evenzeer op je bordje terecht. Op de schalen van onze persoonlijke weegschaal. God heeft het middelpunt in Zijn hand. Onwrikbaar, onaantastbaar. Door Zijn bemoeienis wordt dat ons rustpunt.

De psalm sluit af met de zekerheid: God heeft het zelf gezegd.  God heeft gesproken. Niet eenmaal, maar twee maal. Dat staat voor ‘bij herhaling’. Aan die belofte heeft God zijn wezen verbonden. Ook staat er, meermalen heb ik het gehoord. God spreekt meerdere malen, veelvuldig. Aan ons de vraag luisteren wij en hoe luisteren wij?

Herhaling is nodig om de twijfelende mens blijvend te laten geloven. Niet omdat de kracht van God te zwak zou zijn, te kort zou schieten. Eén woord door Hem gesproken is voldoende. Maar wij zijn zo snel weer vergeten.

Herhaling is nodig om de zekerheid die God geeft vast te houden. Er zijn en blijven zoveel andere krachten die op ons leven invloed uitoefenen. Gelukkig spreekt God niet een maal, maar telkens en telkens weer zodat wij het vast kunnen houden, een eigen plaats kunnen geven. Zo kan een strohalm uitgroeien tot een stok en een staf: een rustpunt in ons leven.

Dan kunnen we als levensmotto hanteren ‘de macht is aan God’. Veelvuldig, meermalen heb ik het gehoord: ‘de macht is aan God’. God geeft niet een beetje hulp, niet een beetje steun, niet een beetje bemoediging, niet een beetje trouw. Bij God is het alle macht en kracht onder alle omstandigheden.

De goedheid en trouw komen alleen van God. God eist de exclusiviteit van deze twee begrippen op. Goedheid en trouw brengen rust en zekerheid.

Alle en alleen! God is alles in allen. Volmaakt, compleet en overvloedig. Meer dan voldoende. Meer dan dat een mens nodig heeft.

We zullen allemaal wel eens van evenwichtsstoornis gehoord hebben. Misschien zelf wel ervaring mee hebben. Evenwichtsstoornis is een vervelende en ernstige aandoening. Je wordt onzeker. Het beperkt je in je bewegingsvrijheid. Je wordt afhankelijk van anderen. Uit je evenwicht gebracht worden heeft op je functioneren van alledag grote invloed. Het brengt onzekerheid, onvrijheid, beperktheid. Je kunt  onvoldoende of totaal niet tot je recht komen.

God streeft in zijn heilsplan slechts één doel na: dat ieder mens tot zijn recht kan komen. God heeft daar alles voor over zelfs het liefste wat Hij had Zijn eigen Zoon. Met als doel dat wij Hem als God kunnen erkennen. Onze God! Daar ligt het aangrijpingspunt om onze onzekerheid te niet te doen. God in het middelpunt van ons bestaan als het rustpunt voor ons leven. Wat er ook op onze schouders terecht komt. Hij houdt ons vast. Niet wij zijn evenwichtig. God zorgt voor evenwicht.

Wij kennen ons eigen leven. Weten hoe wij balanceren. Weten van onze geloofsonevenwichtigheid. Hopelijk weten wij ook van die God die onze rots en burcht wil zijn. Het rustpunt dat nodig is voor verankering in Hem. Daarom de uitnodiging aan ons: stel altijd uw vertrouwen alleen op Hem. Vertel Hem alles en houd niets voor Hem verborgen. Ervaar dat alle kracht van God komt. Dat Hij ons onder alle omstandigheden rust geeft. Wees stil en weet: Ik ben Uw God.